Mensen met gegeneraliseerde angststoornis ervaren het merendeel van de tijd gevoelens van bezorgdheid.1 Zo kan diegene zich zorgen maken over zijn of haar baan, over het huishouden of over te laat komen voor een afspraak.1 De zorgen van de persoon lijken buitenproportioneel vergeleken met de werkelijke kans dat er iets slechts gaat gebeuren, maar toch vindt hij of zij het moeilijk om zijn of haar gevoelens onder controle te houden.1 Als de ene zorg is opgelost, zal de persoon zich waarschijnlijk over iets anders zorgen gaan maken.1
Naast buitensporige zorgen kunnen mensen met gegeneraliseerde angststoornis verschijnselen ervaren zoals concentratieproblemen, gespannen voelen, sneller moe worden en zich prikkelbaar voelen.1 Mensen met deze aandoening ervaren ook lichamelijke verschijnselen, zoals zweten, misselijkheid en diarree.1
Verschijnselen van gegeneraliseerde angststoornis kunnen gedurende het leven van een persoon komen en gaan, maar het wordt als een langdurige (chronische) aandoening beschouwd, en slechts weinig mensen zullen hun verschijnselen volledig ontgroeien.1